• Vertalersvakschool
  • Cursussen en opleiding
  • Talen
  • Docenten
  • Contact
  • Log in

Roos van de Wardt

Roos studeerde aan de Universiteit van Utrecht en ontving daar een toptalentenbeurs. Ze vertaalt, geeft les en treedt af en toe op als Bibliotherapist bij de Culturele Apotheek.

Adri Boon

studeerde Spaanse Taal- en Letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam. Het lezen en vertalen van literatuur was een vroege en blijvende liefde. Tijdens zijn lange verblijf op het Iberische schiereiland bekwaamde hij zich ook in het Catalaans en het Portugees. Uit deze laatste taal vertaalde hij werk van o.a. Eça de Queiroz. Van diens Spaanse evenknie Benito Pérez Galdós tekende hij voor de Nederlandse editie van Fortunata y Jacinta. Van de Catalaanse koelag Josep Pla vertaalde hij Het grijze schrift. Binnenkort zal zijn versie van Joan Sales' Ongewisse glorie verschijnen.

Eugenie Schoolderman

studeerde Vertaalwetenschap Frans en Spaans aan de Universiteit van Amsterdam. Sinds haar afstuderen vertaalt ze Spaanse literatuur en werkte daarnaast jarenlang als ondertitelaar bij RTL Nieuws. Ze vertaalde onder andere Pedro Zarraluki, Álvaro Pombo, Josefina Aldecoa, Alberto Méndez en bijna het gehele oeuvre van Rafael Chirbes.

Rien Verhoef

leerde vertalen aan het Instituut voor Vertaalkunde (later: Vertaalwetenschap) te Amsterdam, van leermeesters als Peter Verstegen, Cees Buddingh’ en Else Hoog. Hij vertaalde Faulkner, Nabokov, Swift (Graham), DeLillo, Leavitt, McEwan, maar ook veel teksten voor musea en dag- en weekbladen (de Volkskrant, NRC Handelsblad, Vrij Nederland). Samen met Sjaak Commandeur - met wie hij in 1982 de Martinus Nijhoff-prijs won - vertaalde hij o.m. werk van Bellow, Burgess en Yeats. Daarnaast is Verhoef betrokken bij Vertaalverhaal.nl, de website met verhalen over vertalen. In 2008 ontving hij de Vertaalprijs van het Fonds voor de Letteren. In 2013 werd hem door de Universiteit Leiden een eredoctoraat verleend.

Nini Wielink

studeerde Frans aan de UvA, en heeft vervolgens het Instituut voor Vertaalkunde doorlopen (Franse en Italiaanse literatuur). Ze vertaalt sinds 1989: fictie (o.a. Benoîte Groult, Christine Orban, Eliette Abbécassis) en non-fictie, voornamelijk vanuit het Frans, maar ook vanuit het Engels en Italiaans.

Barbara de Lange

studeerde filosofie en kunstgeschiedenis en vertaalt sinds 1985 literaire fictie en non-fictie uit het Engels. Ze was vier jaar secretaris van de Werkgroep Vertalers en enige jaren redactielid van vertaaltijdschrift Filter. Vertaalde o.a. werk van Margaret Atwood, George Steiner, John Irving, Simon Schama, Colin Thubron, Donna Tartt, D.H. Lawrence en Michael Ondaatje.

Lisette Graswinckel

Lisette is alumna van de Vertalersvakschool en redactielid van literair tijdschrift Pluk. Ze vertaalde Claire North, Edith Wharton, Joseph Conrad en Edna Ferber.

Liesbeth van Nes

deed gymnasium alfa, studeerde aan de Universiteit van Amsterdam af bij Anthony Mertens in de Nederlandse Taal- en Letterkunde en gaf met veel plezier les in het voortgezet onderwijs, tot de oude vertaaldrang zich weer liet gelden. Ze begon met Jarry, Roemruchte daden en opvattingen van doctor Faustroll, patafysicus, (1994) dat ze opnieuw vertaalde voor de Nederlandse Academie voor Patafysica. Voor haar vertaling van April in Parijs van Michael Wallner kreeg ze in 2008 een prijs van de EU-regio Aachen. Daarna volgden onder andere Reis naar het verleden van Stefan Zweig en Zo gemakkelijk kom je niet van boeken af van Jean-Claude Carrière en Umberto Eco. In het voorjaar van 2011 bracht ze het met haar vertaling van HhhH van Laurent Binet tot de shortlist van de eerste Europese Literatuurprijs die in Nederland zal worden toegekend.

Jos den Bekker

volgde de vertalersopleiding aan het Hoger Instituut voor Vertalers en Tolken in Antwerpen. Daarna studeerde hij Algemene Taalwetenschap aan de Universiteit van Amsterdam. Hij heeft uit het Spaans onder andere boeken van Héctor Abad, Evelio Rosero en Javier Cercas vertaald.

Nele Ysebaert

studeerde af als audiovisueel kunstenaar, met veel belangstelling voor taal en letteren. Binnen haar vakdiscipline ontwikkelde zij al snel een vertaalpraktijk, die vijftien jaar geleden leidde tot de overstap naar een broodwinning als literair vertaler uit het Engels en het Frans. Vertaalde o.a. werk van René Crevel, Julia Kristeva, Colette Dowling, Jean Giono, Régis Jauffret, Céline Curiol, Heather McGowan, Hal Hartley, Serge Daney, Maaza Mengiste, James Agee en Sherwood Anderson.

Anne Stoffel

studeerde Russisch, Tsjechisch en dramaturgie aan de UvA en volgde een zomercursus voor leraren Russisch in Moskou. Zij vertaalde proza, poëzie, toneel en brieven van onder meer Anton Tsjechov, Marina Tsvetajeva, Vladimir Nabokov, Vasili Grossman, Dmitri Sjostakovitsj, Boris Ryzji. Een van haar vertalingen werd in 1997 genomineerd voor de Europese Aristeionprijs; in 2005 ontving zij de Aleida Schotprijs.

Roel Schuyt

studeerde Slavische taal- en letterkunde (Russisch, Servo-Kroatisch en Bulgaars) aan de UvA en promoveerde in 1990 in Leiden. Hij doceerde van 1975 tot 1982 aan de UvA en van 1989 tot 1992 aan de RUL. Sinds 1995 geeft hij vertalen Russisch-Nederlands bij ITV Hogeschool in Utrecht. Hij begon zijn loopbaan als vertaler met enkele Servische, Bosnische en Kroatische auteurs (o.a. Danilo Kis, Dubravka Ugresic, Dzevad Karahasan), daarna kwamen er schrijvers bij uit Rusland (Viktorija Tokareva), Slovenië (Drago Jancar, Lojze Kovacic) en uit het Albanese taalgebied (Ismail Kadare, Rexhep Qosja, Xhevair Spahiu).

Patty Krone

studeerde Italiaanse taal- en letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam (met een eerstegraads onderwijsbevoegdheid). Na het afronden van de studie (1984) was ze achtereenvolgens docent Italiaans bij het Istituto Dante Alighieri, het Talencentrum Den Haag, OSCA Amsterdam, de Volksuniversiteit Lelystad en het Montessori Lyceum te Amsterdam. Van 1999 tot 2006 was ze docent (en enige jaren studieleider) aan het Instituut voor Tolken en Vertalen (ITV) te Utrecht. Op het moment verzorgt ze externe minors literair vertalen voor het ITV. Daarnaast was ze een aantal jaren werkzaam als eindredacteur van het Italië Magazine en werkt ze als freelance redacteur. Sinds 1984 vormt ze met Yond Boeke een vertaalduo. Zij leggen zich toe op het vertalen van literatuur, waaronder werk van Pietro Aretino, Italo Calvino, Umberto Eco, Alessandro Manzoni, Tomasi di Lampedusa en Giovanni Verga.

Ard Posthuma

is geboren in Haarlem. Hij studeerde Duits, Engels en Filosofie in Lausanne, München en Basel. Was leraar Duits in Zwitserland en lector voor Nederlands aan de Universiteit van Basel. Begon in 1989 als literaire tweerichtingsvertaler. Ontving voor zijn vertalingen uit het Nederlands een DAAD-stipendium in Berlijn (1996-'97) en een stipendium van de Hermann Hessse-Stiftung in Calw. Hij maakte tweetalige bloemlezingen van o.a. Martinus Nijhoff, Cees Nooteboom, Gerrit Kouwenaar, Leonard Nolens en Tsjêbbe Hettinga. In het Nederlands vertaalde hij Goethes complete Faust en werk van o.a. Wilhelm Raabe, Raoul Schrott en Ingo Schulze. Hij heeft een bijzondere voorliefde voor poëzie en middeleeuwse literatuur (Chanson de Roland, l'Histoire du Graal, Reynaert de Vos) en een zwak voor ten onrechte vergeten teksten zoals de Jobsiade.

Anne Folkertsma

studeerde Vertaalwetenschap Duits en Frans en werkte als redacteur vertaalde literatuur. Sinds 1996 is ze bureau- en fondsredacteur ad interim en intensief meedenkende persklaarmaker met een voorliefde voor (vertaalde) literatuur. In 2010-2012 volgde ze de Vertalersvakschool Duits. Toen herzag ze vertalingen van Hans Fallada en vertaalde van hem onder andere In mijn vreemde land, met een mentoraat van Gerrit Bussink. Sinds 2015 houdt ze op basis van haar biografie Hans Fallada, Alles in mijn leven komt terecht in een boek lezingen als zijn ambassadeur. Voor Bloedbroeders van Ernst Haffner ontving ze in 2015 de Straelener aanmoedigingsprijs. Tegenwoordig vertaalt Anne Folkertsma ook moderne auteurs. Ze is een ervaren en enthousiaste workshopleider.

René Kurpershoek

René vertaalde onder andere VS Naipaul, Sylvia Plath, Teju Cole, Paul Auster en Henry Roth.

Rokus Hofstede

Hofstede studeerde culturele antropologie en filosofie in Groningen en Utrecht. Met Martin de Haan schreef Hofstede in opdracht van de Nederlandse Taalunie, het Nederlands Letterenfonds, het Vlaams Fonds voor de Letteren en het Expertisecentrum Literair Vertalen het vertaalpleidooi Overigens schitterend vertaald (2008).

Voor zijn vertaaloeuvre, en in het bijzonder voor de bundel verspreide teksten Ik ben geboren van Georges Perec, kreeg Hofstede in 2005 de Dr. Elly Jaffé Prijs.

Auke Leistra

schreef recensies, korte verhalen en (beide met een co-auteur) twee misdaadromans. Hij is echter in de eerste plaats vertaler. De eerste jaren na zijn studie Engels vertaalde hij alles wat los en vast zat. Sinds begin jaren negentig is hij vooral werkzaam als literair vertaler. Hij vertaalde werk van onder (veel) meer Ring Lardner en David Sedaris (humoristen), Marilyn French en Germaine Greer (feministen), Tom McCarthy en Thomas Pynchon (modernisten), John Updike en Anthony Powell (stilisten), en V.S. Naipaul, Alberto Manguel en Bill Bryson (essayisten).

Manik Sarkar

Manik vertaalt uit het Frans en uit het Engels. Een paar schrijvers die door Manik zijn vertaald zijn Philippe Claudel, Laurent Mauvignier, Irène Némirovsky, Hugo Hamilton en Hisham Matar.

Aai Prins

studeerde Russisch aan de UvA en volgde een opleiding tot gerechtstolk. Zij vertaalde o.a. Alesjkovski, Bitov, Boelgakov, Chlebnikov, Dombrovski, Dovlatov, Pelevin, Sorokin en Tsjechov. In 2001 ontving zij de Aleida Schotprijs. Nu en dan recenseert zij boeken voor de Volkskrant. Sinds 2006 doceert zij Nederlands op het NIP en de Universiteit van Sint-Petersburg.

Saskia van der Lingen

Saskia van der Lingen is vertaler en redacteur, in het bijzonder van literaire teksten en teksten op het gebied van kunst- en cultuurgeschiedenis.

Ze volgde de vertaalopleiding aan het Instituut voor Vertaalwetenschap van de Universiteit van Amsterdam en heeft inmiddels een ruime staat van dienst als vertaler uit het Engels, Frans en Duits en als redacteur van Nederlandse teksten. Ze vertaalt romans en verhalen voor onder andere De Bezige Bij, Nijgh & Van Ditmar, De Arbeiderspers en Meulenhoff, en kunstboeken voor wetenschappelijk en algemeen publiek in opdracht van Ludion, Lannoo en diverse musea in Nederland en België. Van 1993 tot 2004 was zij betrokken bij het project Nieuwe Bijbelvertaling. In 2017 ontving ze samen met auteur Max Porter de Europese Literatuurprijs voor Verdriet is het ding met veren.

Peter Bergsma

studeerde aan het Instituut voor Vertaalkunde in Amsterdam. Vanaf 1977 vertaalde hij een zeventigtal boeken van onder anderen J.M. Coetzee (13 titels),William Faulkner, John Fowles, John Hawkes, Ernest Hemingway, Malcolm Lowry, Les Murray, Vladimir Nabokov, Thomas Pynchon, Mark Twain en John Updike.Van 1983 tot 1997 werkte hij als freelance vertaler en eindredacteur bij de vertaalafdeling van respectievelijk de NOS en het NOB, en sinds 1997 is hij directeur van het Vertalershuis in Amsterdam. Hij was van 1996 tot 2000 voorzitter van CEATL, het netwerk van Europese vertalersverenigingen, en is sinds 2004 voorzitter van RECIT, het netwerk van Europese vertalershuizen.

José Rijnaarts

Josephine/ José Rijnaarts (ze vertaalt onder beide namen) leerde het vak aan het Amsterdamse Instituut voor Vertaalkunde (Frans, Engels) en studeerde daarna Franse en Duitse taal- en letterkunde aan de UVA. Sinds 1985 is ze werkzaam als literair vertaler, aanvankelijk uit het Frans, Engels en Duits, sinds 2008 uitsluitend uit het Duits. Ze vertaalde werk van Donald Antrim, John Banville, R.K. Narayan, Lydie Salvayre, Ilija Trojanow, Heinrich Mann, Eugen Ruge, Joachim Meyerhoff, Esther Kinsky en vele anderen. Voor haar vertaling van Rummelplatz van Werner Bräunig werd ze in 2015 genomineerd voor de Filter Vertaalprijs, met de romans Tijl van Daniel Kehlmann en Wedervaring van Bodo Kirchhoff stond ze in 2018 op de shortlist van de Europese Literatuurprijs.

Maarten Elzinga

studeerde Franse taal en letterkunde in Utrecht en Straatsburg, en vergelijkende literatuurwetenschap in Princeton, waar hij ook korte tijd doceerde. Uit onvrede met de academische benadering legde hij zich in de jaren negentig toe op het vertalen en introduceren van literair werk, voornamelijk romans en poëzie uit het Frans, Duits en Engels, met uitstapjes naar het Retoromaans (Leo Tuor) en het Maltees (Adrian Grima). In 2000 ontving hij het Charlotte Köhler-stipendium voor zijn poëzievertalingen. Recente publicaties: Robert Gray: Grasschrift (Meulenhoff 2007); Patrick Modiano: In het café van de verloren jeugd (Querido 2008);Jan Owen: De kus (Azul Press, 2010, i.s.m. Jabik Veenbaas); Victor Segalen: Brieven uit China (Arbeiderspers 2010, i.s.m. Mark Leenhouts).

Kiki Coumans

Kiki Coumans studeerde Franse en Nederlandse Letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam en in Parijs. Ze vertaalt proza en poëzie uit het Frans. Ze vertaalde o.a. werk van Colette, Boris Vian en Yves Bonnefoy en maakte een nieuwe vertaling van Reis om de wereld in tachtig dagen van Jules Verne. Daarnaast is ze redacteur van Poëzietijdschrift Awater en schrijft ze regelmatig over literatuur en vertalen. In 2000 ontving ze het Dr. Elly Jafféstipendium voor veelbelovende vertalers uit het Frans.

Tjadine Stheeman

heeft eerst het Instituut voor Vertaalkunde doorlopen en daarna haar doctoraal Vertaalwetenschap Frans/ Engels aan de UvA gehaald (afgestudeerd bij Peter Verstegen), met literatuurwetenschap als keuzevak.
Ze is vijftien jaar actief als literair vertaler en heeft werk vertaald van onder anderen Margaret Atwood, Alain de Botton, T. Coraghessan Boyle, Bret Easton E.

Robert Starke

Robert is afgestudeerd aan het Instituut voor Vertaalkunde. Hij vertaalt en ondertitelt sinds mensengeheugenis uit het Duits, Engels en Zweeds.

Paul Bruijn

heeft een lange carrière in ondertitelland achter de rug (vertalen en eindredactie), maar na vijftien jaar heeft hij de koptelefoon aan de zendmast gehangen en zich volledig gestort op het literair vertalen. Met Otto Biersma vormde hij jaren een vast vertaalkoppel. Samen hebben ze werk vertaald van o.a. Marisha Pessl, Michael Thomas en Claire Messud.

Pauline de Bok

Studeerde theologie (Tilburg) en filosofie (Nijmegen). In 2007 behaalde ze een bachelor Duitse taal en cultuur aan de Universiteit van Amsterdam en in 2008 een master Vertalen aan de Universiteit Utrecht (beide cum laude). Sindsdien vertaalt ze naast haar werk als schrijver Duitse literatuur.

Anneke Alderlieste

studeerde Vertaalwetenschap aan de UVA. Ze woonde ruim acht jaar in Frankrijk, werkte zes jaar als docent aan de Hogeschool Tolk en Vertalen in Utrecht en is sinds 1999 fulltime literair vertaler. Ze vertaalde o.a. de brieven van Camille Claudel en de laatste grote romans van Roger Martin du Gard.

Arthur Langeveld

is docent Russische literatuur en geschiedenis aan de Universiteit van Utrecht. Hij vertaalde onder meer Dode zielen van Gogol, Oblomov van Gontsjarov en een aantal kortere werken van Tolstoj. Daarnaast vertaalde hij talrijke moderne schrijvers als Charms, Pilnjak, Astafjev en Makanin. In 2005 verscheen een nieuwe vertaling van Dostojevski's De broers Karamazov van zijn hand. In 2006 ontving hij voor zijn gehele vertaaloeuvre de Martinus Nijhoffprijs.

Frans Denissen

studeerde Italiaans en Engels aan het Hoger Instituut voor Vertalers en Tolken in Antwerpen. Na zijn afstuderen werkte hij enkele jaren op de vertaaldienst van de toenmalige Europese Gemeenschap, waar hij zijn Engels vergat en het Frans als tweede werktaal koos. Tussen 1972 en 2002 doceerde hij Italiaans en vertaalkunde aan de Lessius-Hogeschool in Antwerpen en wierp zich tegelijk op het schrijven en het literair vertalen. Het meeste plezier beleefde hij aan het vertalen van Giovanni Boccaccio, Leonardo Sciascia, Carlo Emilio Gadda en de Belgische vroeg-modernist André Baillon, aan wie hij ook de biografie De gigolo van Irma Ideaal wijdde.

Wil Boesten

is een vertaalautodidact, hij werd opgeleid als leraar Nederlands, het Duits leerde hij via de spreekwoordelijke paplepel. Zijn eerste vertaling (1987) bleef liggen wegens dubbeluitgave, waarna hij zich van een kleine uitgeverij mocht wagen aan een bundel verhalen van Kafka. Een goede leerschool vormden de tientallen kunstmonografieën die hij ook vertaalde. Halverwege de jaren '90 kwam de vertalersloopbaan in een stroomversnelling en volgden mooie auteurs als Markus Werner, Hugo Loetscher, Joseph Roth, Rudolf Lorenzen, Ernst Jünger en anderen. Hij heeft toen ervaren hoe stimulerend en bevorderend workshops en feedback van collega’s kunnen zijn. Voorlopig hoogtepunt was de vertaling van Albert Vigoleis Thelens Die Insel des zweiten Gesichts (2004), die erg veel positieve aandacht kreeg. In 2007 schreef hij de roman Spiltijd, in 2011 gevolgd door Tot de regen komt.

Harm Damsma

is van huis uit neerlandicus en onderwijskundige. Na enige tijd als leraar Nederlands in het voortgezet onderwijs, en vervolgens een aantal jaren als vakdidacticus aan het Nederlands Instituut van de RUG werkzaam te zijn geweest, verlegde hij in 1986 de koers van zijn loopbaan drastisch door zijn functie op te geven en vertaalwetenschap te gaan studeren. Na afronding van die studie was hij 10 jaar als docent vertalen Engels-Nederlands verbonden aan het Instituut voor Vertaalwetenschap van de UvA. Sinds de opheffing van dat instituut in september 2000 is hij fulltime literair vertaler. Daarbij vormt hij een vast koppel met Niek Miedema. Recente publicaties: De wichelroedelopers van Rick Moody en Ivanhoe van sir Walter Scott. Op stapel staan: Alles komt goed en alles komt goed en alle dingen komen goed van Tod Wodicka en Redemption Falls van Joseph O'Connor.

Gerrit Bussink

heeft in Amsterdam germanistiek gestudeerd. Vervolgens was hij afwisselend fulltime en parttime werkzaam als docent, literatuurcriticus, uitgever en redacteur bij radio en televisie. Sinds ruim tien jaar werkt hij nu fulltime als freelance literair vertaler. Hij heeft meer dan honderd literaire vertalingen van overwegend moderne Duitstalige literatuur gepubliceerd, waaronder romans van Uwe Timm, Peter Handke, Erich Hackl, Thomas Bernhard, Jurek Becker, Hans Magnus Enzensberger, Friedrich Dürrenmatt, Karen Duve, Thomas Glavinic, Peter Stamm en Wilhelm Genazino.

Yond Boeke

studeerde Italiaanse taal- en letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam. Na haar afstuderen in 1983 was ze tot 1992 verbonden als docent aan het Italiaans Seminarium van de UvA, en van 1997 tot 2006 als docent Italiaans aan de Hogeschool van Amsterdam. Daarnaast was ze een aantal jaren eindredacteur van het Italië Magazine en werkt ze als freelance journalist/copywriter. Sinds 1984 vormt ze met Patty Krone een vertaalduo. Zij leggen zich toe op het vertalen van literatuur, waaronder werk van Umberto Eco, Pietro Aretino, Italo Calvino, Giovanni Verga, Alessandro Manzoni en Andrea Camilleri.

Rob van der Veer

werd opgeleid aan het Instituut voor Vertaalkunde te Amsterdam. Sinds het begin van de jaren tachtig is hij werkzaam als vertaler van voornamelijk literair werk. Hij heeft romans vertaald van onder meer André Brink, John Banville en Nicole Krauss.

Niek Miedema

is antropoloog, schrijver, recensent en literair vertaler. Hij vertaalde onder meer werk van Nadeem Aslam, Jonathan Coe, Douglas Coupland, Michel Faber, Rick Moody, Joseph O’Connor, Richard Powers, Walter Scott, Adam Thorpe, William Golding en David Mitchell. Hij vormt sinds 1992 een vast vertaalduo met Harm Damsma. Momenteel werken ze aan een hervertaling van de cult-classic A Clockwork Orange.

Mariolein Sabarte

studeerde Spaanse Taal- en Letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam. Na haar kandidaats is ze romans gaan vertalen, wat ze inmiddels al 35 jaar doet. Zij vertaalde enkele Spaanse romans (Cela, Gopégui, Semprún), en talloze romans van schrijvers in Latijns- Amerika: Márquez, Arguedas, Cortázar, Borges, Vargas Llosa, Volpi, Arlt, Onetti, Arriaga, e.a. Voor Poetry International vertaalde ze dichters van diverse pluimage, met als hoogtepunt de poëzie van de Argentijn Roberto Juarroz. Ze maakte vele reizen naar Latijns-Amerika. Ze heeft enkele workshops gegeven en reeds eenmaal als mentor gefungeerd.

Elly Schippers

maakte in 1990 van vertalen haar hoofdberoep. Ze houdt zich zowel met volwassenenliteratuur als met jeugdliteratuur bezig en vertaalde werken van Heinrich Böll, Elias Canetti, Michael Ende, Jenny Erpenbeck, Edgar Hilsenrath, Erich Kästner, Wolfgang Koeppen, Viktor Mann, Arthur Schnitzler en vele anderen. Enkele van haar recente publicaties zijn: Het lot van de familie Meijer van Charles Lewinsky en Sven Hanuscheks biografie van Elias Canetti. In 2015 ontving het door Elly vertaalde Een handvol sneeuw van Jenny Erpenbeck de Europese Literatuurprijs.

Elly is redacteur van verschillende Nederlandstalige auteurs en redactielid van de Duitse Bibliotheek van uitgeverij Atlas. Ze geeft geregeld workshops en is sinds een paar jaar mentor van beginnende vertalers. Tevens was ze jarenlang eindredacteur van een literair tijdschrift.

Martine Woudt

deed MO-A en MO-B Frans en is sinds 2003 fulltime literair vertaalster. Ze vertaalde werk van onder meer Albert Camus, Philippe Besson, Gilles Rozier, Michel Schneider, Claire Castillon, Julie Wolkenstein, Jean-Marie Blas de Roblès en Nicolas Dickner. In 2007 ontving ze het Elly Jaffé-stipendium.

Nicolette Hoekmeijer

studeerde Engelse taal- en letterkunde. Na haar afstuderen in 1989 is ze gaan vertalen. Ze heeft het literair vertalen zeventien jaar gecombineerd met ondertitelen voor het NOB. Met dit laatste is ze enige jaren geleden gestopt om zich vrijwel uitsluitend bezig te houden met literair vertalen. Nicolette vertaalde onder andere werk van Kiran Desai, Edwidge Danticat, Edward St. Aubyn, Nathan Englander, Toni Morrison en niet te vergeten Candace Bushnell. Ze is mede-organisator van de succesvolle Vertalersgeluk-tournee.

  • Disclaimer
© 2022 Vertalersvakschool
  • Disclaimer